Individubieus

Als neo-liberale homo milennialis (hele mondvol) is zelfontplooiing en -actualisatie natuurlijk de heilige graal. Autonomie en vrijheid zijn onmisbare begrippen in mijn millennial vocabulaire. Dagelijks val ik mensen om me heen lastig met credo’s als: “ik wil de beste versie van mezelf worden”, “en vraag ik iedereen: “wanneer ga jij je volledige potentieel eens benutten??1!” Mits ik uiteraard niet te druk ben met Netflix & Chillen of woke zijn. De struggle is real mensen. Maar echt. 

Ik wil jong zijn. En als je jong bent, wil je vrij zijn. De wereld aan je voeten. Doen wat je wilt. En dat is voor aaaaaaaalllll….

Volgens mij stelt de gemiddelde babyboomert zich voor dat alle levens van mensen met het bouwjaar 1981-2000 er zo uitzien. 

Hoewel ze niet helemaal doorhebben hoe de vork in de steel zit, wil ik ze ook geen ongelijk geven. Als jonge blanke man draait een groot deel van mijn leven uit alles willen en bij voorkeur zoveel mogelijk tegelijkertijd. 

Als je kijkt naar de vooroordelen (bron: boomers) over millennials zie ik de nodige parallellen; ik ben veel met mezelf bezig, hecht niet zoveel waarde aan vastigheid, vind idealisme belangrijker dan geld en tik rustig €5,80 af voor een dubbele Java Chip Frappucino. 

Tegelijkertijd zou je ook kunnen zeggen dat ik vooral op zoek ben naar mezelf, flexibel zijn tegenwoordig meer noodzaak is dan een keuze, het makkelijker is om idealistisch te zijn als je toch geen geld hebt en de Starbucks gewoon bomba lekker is (ook Millennials vinden het te duur). 

Op die manier denk ik dat veel van de stereotypen die toegeschreven worden aan millennials niet zozeer te maken hebben met ons bouwjaar, maar vooral de levensfase waarin we verkeren. Ik ben jong en de wereld ligt aan mijn voeten. Anderzijds is dat ook een keertje het geval geweest bij de babyboomer die zijn mond vol heeft van millennials. 

In een notendop: mijns inziens zijn al die generatieverschillen nodeloos overtrokken. Het is weer een kapitalistische vehikel om geld te verdienen over de rug van een andere groep. Iedere generatie komt met zijn eigen gebruiksaanwijzing en aparte trekjes. Aan ons de taak om te kijken hoe we deze generationele verschillen in kunnen zetten om samen beter te worden. 

Martin Luther Sting

Normaal gesproken vind ik het heerlijk om een column te laten verdrinken in een de-hele-wereld-gaat-naar-de-klote sausje. Lekker recalcitrant schenen schoppen. Als ik een net iets té academisch onderlegde onheilsprofeet zou zijn, zou ik al deze ontwikkelingen duiden als postfordistische stuiptrekkeningen van een consumptiemaatschappij waar alle compassionele omgangsvormen zijn verdwenen. 

En als ik een chimi met een Frappucino bij de Starbucks was (guilty✌️), zou ik zeggen dat “oog voor je medemens zo 2010 is. Ugh…?

Ditmaal kies ik voor een andere insteek. Ik ben allesbehalve een idealist maar ik heb wel een droom. En misschien nog wel belangrijker: ik heb hoop. De wereld is een stuk minder deprimerend dan jouw maandagochtenden als de wekker om 7.00 uur gaat doen laten geloven.    

Soms voel ik me even Martin Luther King, maar dan de Sting versie. Je weet wel, die kledingwinkel waar je vroeger je leren witte crack riemen haalde. Toen je nog op Hyves zat, Doritos Bits at en Smirnoff Ice dronk. Heel stijlvol. Net zoals deze totaal irrelevante anekdote. 

Witte_lederen_crack_riem.png (heet echt zo)

Ik voel me Martin Luther Sting omdat ik de on niet zie in mensen hun onmogelijkheden. We leven in een interessante tijd met een ongekende vrijheid, rijkdom en gezondheid. Meer dan waar ook in onze geschiedenis. Vandaag de dag hebben mensen de luxe om in alle vrijheid verschillende levenswijzen te shoppen. 

Het lijkt me evident dat we daar volop gebruik van moeten maken, toch? 

https://www.instagram.com/p/BzNwqGzl2O_/

Ik schrijf jullie allemaal de retorische moeder, noem me Herman Toch

Alle retoriek terzijde – je leven leiden op de manier waarop jij wilt klinkt aanlokkelijk. Om geen rekening te hoeven houden met anderen. Wie droomt daar nu niet van? 

Helaas is dit makkelijker gezegd dan gedaan, aangezien we samenleven met vaders, moeders, opa’s, oma’s, vrienden, collega’s, managers, wielrenners, andere mensen en vervelende ooms op kringfeestjes. Hoewel al deze mensen op z’n tijd best gezellig kunnen zijn (behalve wielrenners dan), heb je geen zin om de hele tijd rekening te houden met iedereen. 

Vandaar dat we streven naar een leven vol autonomie. Het is een zoektocht naar zoveel mogelijk je eigen ding kunnen doen met zo min mogelijk bemoeienis van anderen. 

Met alle boeken die er over zelfhulp te vinden zijn en alle goeroes die jou als centrum van het universum stellen, is het ook niet gek dat we er zo over denken. Jij, als speciale sneeuwvolkje in het middelpunt van het universum. Waar de wereld om jouw navel draait.

Zelfhulp. ‘T zit al in de naam. Het gaat over jou, jezelf. Om jouw handdoekje te leggen op het meest comfortabele ligbed in het grote boze universum – alsof het 8 uur ‘s ochtends is op een all-inclusive resort genaamd Bella Italia. 


Ziet dit er zen uit? 

Gelukkig is daar helemaal niets mis mee (met goed zorgen voor jezelf bedoel ik dan, die run op ligbedjes is in- en intriest. Ik zou mijn wekker zetten om al die handdoeken hoogstpersoonlijk op de bodem van het zwembad te leggen). Zoals mijn opa altijd zei: “ge moet goed voor oew eigen zorgen, want ‘n ander doe ‘t nie” (in het echt met een nog Brabantser accent. Uit begrip naar jullie heb ik het verHilversumd. Anders snappen alle bovenrieverse volgers er helemaal geen jota meer van). 

Mijn opa is de babyboomer voorloper van de postmodernistische predikers van autonomie; de alom vertegenwoordigde life-coaches, zelfhulp goeroes, health freaks en positiviteitsconsulenten. De mensen uit mijn Opa’s generatie worden niet voor niets liefkozend ‘generatie Ik’ genoemd. Ook de babyboomers zijn gesteld op hun autonomie – voor zover je alle arbitraire generationele afbakeningen wilt accepteren als waarheid. 

Moeten we onze eigen vrijheid en autonomie centraal stellen in onze geluksvraag. Het is natuurlijk heerlijk om in je onderbroek lollige stukjes te typen op een onbeduidende dinsdag met een B&J op schoot. De vraag is echter of zoveel met jezelf bezig zijn eigenlijk wel goed is.

 

Ik had het niet over een blowjob jij verpeste geest… B&J is Ben & Jerry’s…

Ik wil niet de rasidealist uithangen – zoals die guy in het park met ontbloot bovenlijf, een knotje en jonglerend met kegels – maar een obsessie met wat jij als individu uit het leven wilt halen, leidt dat niet tot een samenleving waarin wie je bent belangrijker wordt dan wat je doet?(net als in die Black Mirror aflevering met die rating, remember). 

Individualisme is niks mis mee. Het is fijn dat we de controle hebben over ons eigen leven en er geen instantie is die ons vertelt wat we moeten doen. Het geeft jou als individu een groter verantwoordelijkheidsgevoel om je eigen zaakjes op orde te hebben. Bovendien is het fijn om een duidelijke link te kunnen leggen tussen wat jij gedaan hebt en de beloning die je er persoonlijk voor ontvangt. Zonder dat zou niemand meer gestimuleerd worden om het continu beter te blijven doen.  

Niemand zit te wachten op die gast in het groepproject die niks doet en een 8 ontvangt

Het wordt echter problematisch als het individu denk dat hij belangrijker is dan het collectief. Als dat individu gedreven wordt door een constante zucht naar onmiddellijke en onevenredige beloningen. Dat is in mijn optiek de keerzijde van de medaille: een samenleving waarin individualisme uitmondt in egoïsme. 

Ik heb het dan over een samenleving waarin kinderen liever influencer willen worden dan dokter, de verschillen tussen arm en rijk steeds groter en –  tegelijkertijd – steeds meer recht geluld worden, en waar grote mensen hun verantwoordelijkheid niet meer willen nemen voor de domme shit die ze doen (Brexit / Economische crisis / vul andere kapitalistische stuiptrekking in). 

Ik denk dat de oplossing juist ligt in het naar buiten te kijken in plaats van naar binnen te staren. Dat door anderen te helpen je jezelf het meeste helpt. Zou dit geen boodschap zijn die verspreid moet worden? In plaats van die eindeloze focus op wat belangrijk is voor jezelf. Zei er iemand daar zelfhulp goeroe? 

Niet afvragen waar je allemaal recht op hebt, maar juist afvragen wat je bij kunt dragen. Via negativa, schrappen wat je niet nodig hebt en kijken wat anderen kunnen gebruiken. Wat zou er gebeuren als de samenleving er zo uit zou zien? 

Misschien moet ik dat maar gaan doen: een doe-het-zelfhulp-boek schrijven en zinfluencer worden. 

Of moet ik even naar buiten om wat wilde kastanjes te rapen en vegan leer te looien van Komubacha paddestoelen?